Waarom het NPLG?
Het NPLG komt voort uit de Nationale Omgevingsvisie[1] (NOVI) en is opgenomen in het coalitieakkoord. Het landelijk gebied is, volgens de definitie van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP), heel Nederland, exclusief het stedelijk gebied en de grote wateren.
Probleemstelling
Door klimaatverandering is er een toenemende druk op de vitaliteit van het platteland en de kwaliteit van de leefomgeving en het milieu in het landelijk gebied. Daarnaast spelen in het landelijk gebied de negatieve effecten van stikstofdepositie, uitstoot van broeikasgassen, watertekorten én perioden van wateroverlast, biodiversiteitsverlies, bodemdaling, tekortschietende waterkwaliteit en verzilting een rol. Dit zorgt ervoor dat er nu en in de toekomst zonder ingrijpende maatregelen aan verschillende internationaal verplichte doelstellingen, zoals onder andere vastgelegd in de Vogel- en Habitatrichtlijn, de Kaderrichtlijn Water en de klimaatdoelstellingen, niet zal worden voldaan.
Wat wordt er in het NPLG besloten?
Het NPLG vormt de basis voor de gebiedsprogramma's en bevat de landelijke doelen, een concretisering van structurerende keuzes en een beschrijving van de wijze van besturen. Het NPLG besluit over twee zaken, te weten:
-
De ruimtelijke verdeling van de verschillende opgaven (natuur, water, klimaat)
-
De structurerende keuzes: deze bevatten ordenende principes, die richting geven aan de ruimtelijke inrichting. De keuzes gaan in op de wenselijkheid en onwenselijkheid van (nieuwe) activiteiten in het landelijk gebied. Daarmee beschrijft het NPLG de richting voor de ruimtelijke uitwerking van de gebiedsprogramma’s door de provincies.
Het NPLG gaat dus niet over de maatregelpakketten zelf: deze worden als onderdeel van de gebiedsprogramma’s door de provincies opgesteld en bevatten maatregelen en maatregelpakketten om de doelen te halen. Het NPLG vormt hiervoor het kader en stelt de structurerende keuzes op.
- 1 https://www.denationaleomgevingsvisie.nl/default.aspx